Zonsopgang in ons onderzoeksgebied de Babbelaar, Lauwersmeer

vrijdag 29 juni 2007

Vrijdag 29 juni; Op de valreep

Ik sta al bijna met 1 voet in het vliegtuig richting het oosten maar moet dit nog even kwijt. Misschien vandaag maar zeker morgen komt de nieuwste Nieuwsbrief van de Top of Holland Birding Club op de site van Rommert te staan (http://www.lauwersmeer.com/ klik in het menu links op Birding Club).

Als echte vogelaar moet je dit lezen, bladzijden vol met inspirerenden vogelverhalen, een gedicht voor boven je bed en ga zo nog maar even door. Dit mag jij echt niet missen.

Vrijdag 29 juni; Kazakhstan !!

Wat doet een fanatieke jaarlijster zo tegen het einde van de maand juni? Juist, die gaat heerlijk met Arend van Bemmel en Mark Zekhuis twee weken vogels kijken in Kazakhstan. Even geen stress van het jaarlijsten. Geen zorgen om Groene Reigers en of er nog een echt twitchbare Blonde Ruiter komt. Nee, Guldenstadt's Redstart, Everman's Redstart, Ibisbill, Severtzov's Tit-Babler, White-winged Lark, Black Lark en meer van dat soort heerlijkheden vragen de volgende twee weken om aandacht. En dan vergeet ik nog bijna het eigenlijke doel van deze trip, een poging een Sneeuwluipaard te zien te krijgen. Om deze mytische soort te zien maken we een meerdaagse trip ver en hoog de Tien Shan Mountains in, richting China en Mongolie.

Ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik me niet een beetje zorgen maak. Is het niet dom nu weg te gaan uit NL? In Finland Taigastrandloper, in Noorwegen een Roodkeelstrandloper. Wat zit er straks in de Ezumakeeg en ga ik iets echt belangrijks missen?

Nou ja, we zien het wel. Vrijdag de 13e (!!) juli kom ik om 22:10 weer terug in Nederland. Zaterdag de 14e gieten we de auto weer vol diesel en ga ik weer vrolijk verder met de jaarlijst !!

donderdag 28 juni 2007

Donderdag 28 juni; Groene Rakker

Woensdagavond is die kleine Groene rakker weer eens gezien. Op de bekende plek in het noorden van Amsterdam zag een visser 'm vliegen. We hebben het hier over de Groene Reiger, de vogel die ik maar wat graag aan mijn jaarlijst wil toevoegen. Dus ik sta donderdagochtend op de plek van deze Amerikaan. Ik bel met Remco en die geeft me extra info waar de vogel het beste te vinden is. Euhh, sorry, herstel... waar de vogel het beste gezocht kan worden want tot nu toe is het nog steeds niet duidelijk waar de vogel overdag uithangt.

Ik besluit de hele plas af te lopen en overal te gaan zoeken. Aan het einde van de bekende weg met de woonboten parkeer ik de auto en daarna loop ik helemaal (rechts) om de plas heen. Het eerste deel is niet echt geschikt voor de reiger maar het deel tussen de snelweg en de plas lijkt mij een eldorado voor deze Groene Reigert. Kleine plasjes, kreekjes met overhangende bomen en takken en ga zo maar door. Ik struin overal doorheen en zoek alles af. Zonder resultaat. Maar voor wie het wil proberen: volgens mij zou dit best eens de plek kunnen zijn waar de vogel overdag te vinden is. Het gebied is onoverzichtelijk, dus een klein reigertje mis je heel snel. Daarnaast is een paar keer waargenomen dat de vogel naar deze omgeving vloog en hier ook vandaan kwam vliegen. Halverwege juli ga ik het zeker nog een keer proberen, die Groene Reiger moet daar rondsluipen!

Woensdag 27 juni; Niet te vinden...

Woensdagmiddag gaat de pieper en ja hoor, Pim Wolf laat weer eens van zich horen. Op de Slikken van Flakkee (daar waar hij al menig zeldzaamheid ontdekte) vindt hij een Blonde Ruiter. Tegen het einde van de middag stap ik in mijn auto en begin aan de rit naar het zuiden. Vanuit Breukelen, langs Utrecht. Richting Gorinchem en dan naar Rotterdam. Een geweldig gezellige route; je bent geen moment alleen want je staat continu in de file. Voor mijn gevoel duurt de rit een eeuwigheid, met een slakkegangetje tuf ik richting de Delta.

Ondertussen bel ik Pim. Hij neemt de telefoon 'op' met 'jij wilt zeker weten hoe je die Blonde Ruiter te zien kan krijgen?'. Hij geeft me plekinfo en de waarschuwing dat het niet makkelijk zal worden. Een afstand van 500 meter en een harde wind en de ruiter die veel verscholen in de Zeekraal loopt te fourageren. Het zal moeilijk worden maar desalniettemin wil ik het toch proberen.

Om een uur of zes zit ik op de dijk bij Herkingen. De wind blaast me recht in het gezicht en mijn telescoop trilt als een dolle. Ik begin te scopen en zoek het deel van de Slikken af waar Pim de Blonde Ruiter heeft gezien. Niks, maar dan ook helemaal niks. Ik bel nog een keer met Pim, 'zoek ik echt op de goede plekken?' vraag ik hem. Dit blijkt het geval te zijn. We kletsen nog wat over het jaarlijsten en hoe goed vogeljaar 2007 tot op deze dag is. Het kletst lekker met Pim en ik waan me weer even in de kantine van het RIKZ in Middelburg... Peter, Sander, CM, Cor, Rob.. die goeie oude tijd... Ik slik een brok weg en scoop en scoop maar wat ik ook zie: geen Amerikaan. Er komen ondertussen nog wat vogelaars en samen zoeken we naar iets dat niet te vinden blijkt te zijn. Na meer dan twee uur onafgebroken scopen en turen in de snoeiharde wind geef ik het op, dit is niet te doen. Ik rij in stilte en zonder muziek en Blonde Ruiter terug richting Almere. Dit keer zonder files, dat dan weer wel !

maandag 25 juni 2007

Maandag 25 juni; Twee natte mannen 's nachts in de regen

Na de succesvolle twitch van de plevier kom ik om een uur of half tien thuis. Ik eet even wat en dan is het al weer snel tijd om af te reizen naar Tienhoven. Vanavond staat dan eindelijk het Kleinst Waterhoen op het programma. Eindelijk, want ik zit al een hele tijd te hopen op een melding van deze illustere soort.

Onderweg naar Tienhoven regent het enorm, 'dat zal leuk worden, in de regen proberen het zachte roepje van een Kleinst te horen' zit ik te denken terwijl ik over de A27 rij met die superbriljante driedubbel CD van Tom Waits in de speler. Als dit maar goed gaat. Op de kleine parkeerplaats waar ik mijn auto parkeer staat al een auto. Waarschijnlijk die van Hans Pohlmann; met hem wil ik vanavond deze soort proberen te horen. Ik bel hem en hij blijkt een ruime honderd meter voor mij te lopen. Hij wacht op mij en in het stikkedonker lopen wij het betonnen pad af.

Het is even droog, maar niet voor lang. Als we nog maar net staan te wachten op de plek waar de vogels de nacht ervoor gehoord zijn, begint het weer te gieten. Het regent en het regent en het regent maar door. Het zal een vreemd gezicht zijn voor een leek: twee stille mannen die roerloos in de regen op een schelpenpaadje staan. 'Waar ben ik mee bezig' denk ik terwijl ik steeds natter aan het worden ben. 'Dit is toch waardeloos, die vogels gaan toch echt niet meer roepen'.

Na een tijd wordt het droog en begint het wat helderder te worden aan de hemel. Een ster laat zich kort zien. Kikkers kwaken en zo nu en dan roept een Waterral. We luisteren en luisteren maar zonder enig resultaat. Zonder een woord te zeggen besluiten we elk een stuk van het pad te gaan aflopen en zo nu en dan te luisteren. Als ik bij de plek kom waar het betonnen pad overgaat in het schelpenpad hoor ik ineens een kort en scherp ratelend roepje: Kleinst Waterhoen (#287)! Ik roep Hans die haastig aan komt lopen. We staan naast elkaar te luisteren en dan horen we het roepje weer, maar nu komt het uit een andere richting. Hier roepen dus twee vogels, dat is duidelijk. De vogels roepen nu onregelmatig en we kijken elkaar aan, dit is gelukt! Drijfnat maar met een zeer tevreden gevoel lopen we terug naar de auto. Toch niet voor niets op zondagnacht om 1 uur in de regen langs een sompig moeras gestaan.

Zondag 24 juni; Zoekt en gij zult vinden?

Ergens halverwege de zaterdagmiddag check ik de site van Rommert (www.lauwersmeer.com). Tot mijn grote blijdschap zie ik dat in de Drentse Veenkoloniën een Vorkstaartplevier is gezien. Het is echter niet alleen maar rozengeur en maneschijn, de plek is niet bekend en de vogel is afgelopen donderdag gezien. Ik pak direct de telefoon en bel Rommert, hier moet ik meer van weten! Hij weet ook niet veel meer dan op zijn site staat. De vogel is gezien door een vogelaar uit Groningen (ik zal geen naam noemen) en die wil niet vertellen waar hij de vogel heeft gezien, ook niet na aandringen van Rommert. ‘Niet te filmen’, denk ik ‘geef het dan niet door, maak niet iedereen lekker met iets leuks en geef dan vervolgens geen plekinfo...’. Rommert is het roerend met mij eens en snapt er ook niets van. Later hangt hij weer aan de telefoon, de vogel is gisteren (vrijdag dus) nog gezien en door iemand mooi op de foto gezet. Fraai is dat: de vogel zit daar waarschijnlijk nog ergens en niemand mag er ook maar iets van weten.

Ik pak een atlas en bestudeer de Veenkoloniën. Daarna bestudeer ik dit fascinerende stukje Nederland op Google Earth. De enige plek die mij geschikt lijkt voor een Vorkstaartplevier zijn de Vloeivelden bij Nieuw Buinen. Misschien moet ik daar morgenvroeg maar heen en gewoon gaan zoeken. Ik bel nog wat Drentse vogelaars die het met mij eens zijn: de Vloeivelden bieden de beste kans, daar moet gezocht worden. ’s Avonds bel ik David Uit de Weerd, die nog wat extra info heeft. Voor hem is het een nieuwe soort en het lijkt hem wel leuk samen te gaan zoeken.

En zo sta ik zondagmorgen op een carpoolplek in Zwolle-Zuid. David laat niet lang op zich wachten en binnen de kortste keren zijn we in het hart van de Drentse Veenkoloniën. De Vloeivelden liggen er mooi bij, goed nat en met mooie slikrandjes. Veel meeuwen, wat sterns en Kluten, hier en daar een Witgat en daar is het wel mee gedaan. Geen Vorkstaartplevier te bekennen. We rijden rond en zoeken naar geschikte plekken, dat valt echter vies tegen. Alleen maar akkers en graslanden, geen enkele kale akker of een grasland waar wat kort gras staat. Na bijna 4 uur zoeken geven we het op, de vogel is onvindbaar... Wel gaat een paar keer de telefoon, steeds met dezelfde mededeling: afgelopen nacht Kleinst Waterhoen roepend bij Tienhoven !! Dat is in ieder geval wel heel erg goed nieuws, op deze soort zit ik al tijden te wachten. Als er deze week geen roepende vogel komt dan kan ik deze soort voor de rest van het jaar waarschijnlijk wel vergeten. Dus daar gaan we vanavond laat zeker naar toe!

Zondagmiddag zit ik aan een bak koffie, niet ergens in het veld maar gewoon thuis achter de pc. De telefoon gaat, Rommert Cazemier hangt weer eens aan de telefoon, ‘Peter, ik weet de plek waar die plevier zit, we hebben plekinfo gekregen!!”. Ook heeft hij een foto gekregen en de vogel zit op een – althans daar lijkt het op – vers geploegde akker. Het ziet er in ieder geval niet uit als vloeivelden… Rommert heeft naast deze foto wat aanwijzingen en GPS coördinaten gekregen. Met behulp van de aanwijzigingen heeft hij een globaal idee waar de vogel zich zou moeten bevinden. Edwin de Weerd zit al in de auto en is op weg naar deze plek. De GPS coördinaten die hij heeft gekregen zijn heel vreemd en hij snapt ze niet. Ik zit er ook een tijdje naar te kijken en dan valt ineens het kwartje… het zijn Amersfoort-coördinaten maar dan zonder de broodnodige en logische punten en comma's ! In no-time heb ik de juiste plek gevonden en ik bel Edwin. Hij zit een kilometer of vijf verkeerd… ik geef hem de juiste plekinfo: langs een smal weggetje, net voor een scherpe bocht moet aan de noordwest kant een braakliggende akker zijn, daar moet de vogel opzitten !!!

Nog geen half uur later belt Edwin… hij heeft de vogel gevonden… op exact de plek die ik hem voorspelde! YES, dat is bijzonder, bijzonder goed nieuws, ik bel David, die gromt een keer en gaat dan direct richting Drente. Het frustrerende is wel dat David en ik daar zondagmorgen op minder dan 1 km langs zijn gereden. Hadden wij deze kale akker gezien dan hadden wij zeker de vogel gevonden.

En zo komt het dat ik zondagavond voor de tweede keer die dag in de wonderschone Drentse Veenkoloniën ben. Dit keer met meer succes, de Steppevorkstaartplevier (# 286) – want dat blijkt het te zijn – laat zich subliem bekijken.

zaterdag 23 juni 2007

Zaterdag 23 juni; Nieuw: mijn jaarlijst op Dutch Bird Alerts

Nee, dit keer geen nieuwe soort te melden. Maar wel leuk ander nieuws: sinds een dag of twee is het mogelijk op de site van Dutch Bird Alerts lijstjes bij te houden. Vanmorgen mijn 2007 jaarlijst hierop gezet, een ieder kan nu mijn lijst bekijken! Rechts staat de link als eerste bij de Links...
(of klik op deze link: http://www.dutchbirdalerts.nl/lists.action)

dinsdag 19 juni 2007

Dinsdag 19 juni; Happy & tevreden !

Nadat het gierengeweld op zondag al in België in alle hevigheid was losgebarsten stond ik maandag op scherp. Maakte me niet uit waar en hoe, ik zou direct op pad gaan zodra ergens vogels gezien zouden worden. Ik was dan ook enorm blij toen ik de melding kreeg dat Sander Lilipaly de Belgische vogels als eerste de grens zag overzweven. Ondanks het feit dat ik makkelijk weg kon zat ik toen toch wel een beetje te dubben... 'wat is wijsheid, zal ik gaan of wacht ik tot deze (of andere) vogels verder in het land worden gezien?' Ik besloot te wachten en verder te gaan met het meten en wegen van de ‘belowground-samples’ die wij vorige week in het Lauwersmeer hadden verzameld.

De piepjes van de rondvliegende gieren vlogen me ondertussen om de oren en dat maakte me toch wel een beetje nerveus. Op pad gaan naar Zeeuws-Vlaanderen of toch wachten? Ik besloot tot het laatste, rustig blijven en nog maar even wachten totdat ze dichterbij worden gezien. Ik baalde dan ook enorm toen ik berichten ontving dat de Zeeuwse vogels terugvlogen richting België. Die waren toch echt niet meer twitchbaar en van de vogels uit Brabant ontbraken ook elk spoor. Zou ik achter het net vissen en deze soort helemaal gaan missen? Aan het einde van de middag was het duidelijk, Sander vertelde me dat de vogels uit Zeeland allemaal weer in België waren. Die kon ik dus vergeten.

Ik baalde als een stekker en was niet bepaald happy. Ergens moesten er toch vogels aan de grond komen om te overnachten? Dan was het verder heel erg simpel, vroeg opstaan en dan voor zonsopgang de vogels aan de jaarlijst toevoegen. De hele avond hield ik de diverse sites in de gaten en ik was dan ook heel erg blij toen in het forum op Waarneming.nl het gerucht de ronde deed dat bij Oss een stuk of twintig gieren aan de grond werden gezien. Direct Remco gebeld, hij zou ze op de pieper zetten en dan was het een kwestie van afwachten of er echt gieren bij Oss aanwezig waren. Gelukkig duurde het niet lang toen de bevrijdende piep kwam: Vale Gieren bij Oss !! Eindelijk was dan hier het nieuws waar ik zo op had gehoopt! Een plan was snel gemaakt, vroeg opstaan en dan snel naar het Brabantse land.




Ik sliep de afgelopen nacht slecht, was regelmatig wakker om te kijken hoe laat het was. De zon zou dinsdagochtend om 11 minuten over vijf opkomen en op dat moment wilde ik bij de gieren zijn. Vanuit Almere was het iets meer dan een uurtje rijden dus de wekker stond om 20 minuten over drie. Het was dan ook iets na vijven toen ik in de buurt van Oss aankwam. Het was best mistig en dat baarde me toch wel enige zorgen, met een beetje pech was van de slaapboom en de gieren niets te zien... Nadat ik door een doodstil Geffen was gereden kwam ik aan bij de Brandweg, de plek waar de slaapboom moest staan. Hier stonden al een paar mensen te kijken. Al direct zag ik twee Vale Gieren in een boom zitten (# 285)!! Het zicht was helaas niet optimaal; de zon was nog niet op en door de laaghangende mist zag ik geen andere vogels. De vogels die ik wel zag waren een onvolwassen (grijze snavel) en een adulte (snavel met geel) vogel. Na een klein half uur naar de vogels gekeken te hebben besloten naar Breukelen te rijden voordat de files te erg zouden worden. Met het file-leed viel het dit keer gelukkig mee en zo stond ik om zeven uur (dezelfde tijd als normaal) happy en tevreden voor het hek van het Instituut: gieren in de pocket en veel & leuke dingen te doen op het werk!

(op de foto de twee gieren die ik gezien heb. Deze foto is gemaakt door Hans Pohlmann)

zondag 17 juni 2007

Zaterdag 16 juni; Uil in de regen

Even kort want ik verlang naar mijn bed. Van Rommert (dank, dank!) een tijdje geleden een tip gekregen voor een makkelijke Kerkuil. Vanavond tussen hevige regenbuien door deze uil een paar keer zien vliegen (# 284).

zaterdag 16 juni 2007

Zaterdag 16 juni; Spanning en Sensatie

De meer oplettende lezers en degenen die mijn capriolen volgen weten waarschijnlijk wel dat er nog een aantal zeer makkelijke soorten op mijn jaarlijst ontbreekt. Langzaam gaat de lente over in de zomer en dit is ook te merken aan de vogels. Het is stiller aan het worden. Natuurlijk kan de maand juni nog ongelooflijk goed zijn en er kan zo ineens een Mega-Mind-Fucker vallen en is het altijd een risico te ver af te dwalen van de Top of Holland maar deze zaterdag leek mij een geschikt moment om naar het zuiden af te reizen en drie van deze ‘inkoppers’ op te rollen.

Daarom de wekker maar net zo laten staan als anders en op de normale ‘doordeweekse’ tijd uit het bed gesprongen. Koffie gezet, brood gesmeert en iets voor half zeven was ik onderweg naar het zuidwestelijke deel van ons land. De Slikken van Bommenede aan de Grevelingen was mijn doel. Op een zaterdagmorgen vroeg is het altijd goed doorrijden en zo was ik dan ook net voor half negen in de werkhaven die direct naast de Slikken ligt. In het oosten was de lucht pikzwart van een zeer zware bui. Een kwartier eerder reed ik nog in deze bui en ik was dan ook erg blij dat het in de haven droog was. Beetje vreemde zin maar vooruit... Een korte blik over de dijk leverde al direct een nieuwe jaarsoort op in de vorm van een rondvliegende Dwergstern (# 281). De telescoop erbij gepakt en tijdens een korte scan over de zandplaten zag ik meerdere Strandplevieren (# 282). Dat ging wel heel erg eenvoudig en eigenlijk had ik het ook niet anders verwacht.

Koffie gepakt en al die (broedende) Dwergsterns en Strandplevieren eens goed bekeken. Een tweede bak koffie en nog een paar keer de slikken afgekeken. Dit leverde niet zo veel op en ik besloot de Delta uit te rijden en op weg te gaan naar de volgende jaarsoort. Het was nog steeds niet druk op de weg en ik was dan ook in no-time bij het Vispaleis in Hoek van Holland. Het was nog steeds vroeg en het paleis was dan ook gesloten. Een paar Kauwtjes en wat trimmers en wandelaars liepen er rond en dat was het. Ik reed een paar rondjes en zocht de grasveldjes en daken van de huizen af. Niks te zien, misschien was ik gewoon te vroeg en verschijnen ze pas als het Vispaleis open is en het dus drukker is.

Telefoon, Hans ter Haar, een langsvliegende adulte Steppenkiekendief bij Egmond Aan Zee meldt hij. Interessant als je bedenkt dat eerder deze week, op 13 juni ook een adulte vogel in Noord-Holland is gezien, toen in de Amsterdamse Waterleidingsduinen. Dezelfde vogel die daar rondhangt? Toch maar eerst concentreren op de jaarsoort die ik in Hoek van Holland nog kan ‘doen’. Plotseling hoor ik een roep die ik wel kan dromen, die ik nog heel goed ken van Noord-India... ‘dat is ‘m!’ denk ik en dan vliegt daar ineens een Huiskraai (# 283) langs. De vogel gaat langs de parkeerplaatsen zitten en begint aan een plastic zak te sjorren. Hij blijft roepen en is in het geheel niet schuw. Eigenlijk is de vogel best wel tam en het lukt zelfs mij een paar bewijsplaatjes te maken.



Eenvoudig en zonder enige spanning en sensatie drie jaarsoorten aan de lijst kunnen toevoegen. Wel wat saai, de adrenaline door je lijf voelen gieren is toch vele malen leuker. Oh ja, over gieren gesproken... Toen ik eenmaal thuis was belde Hans te Haar me nog een keer. Vanmorgen zijn 18 Vale Gieren gezien bij Ruisbroek in België. De vogels vlogen in noordelijke richting en kunnen dus best in ons land opduiken. Wie weet, misschien is dit de volgende jaarsoort?

maandag 11 juni 2007

Maandag 11 juni; Murphy's Law & pensionados

Het is nog zwaar bewolkt als ik op maandagmorgen om een uur of zeven Almere verlaat. De rit naar het noorden verloopt snel en makkelijk. Het is niet zo druk op de weg en het is ongeveer kwart over negen als ik weer op de hei sta. Hier is letterlijk geen wolkje aan de lucht te zien, de hemel is strak blauw en er staan nagenoeg geen wind. Het lange wachten kan beginnen, hopelijk heeft de vogel honger en besluit hij snel het luchtruim te kiezen.

Ik drink een eerste bak koffie en scoop ondertussen het oostelijke deel van het veen af. Een paar buizerds, een paar meeuwen en dat is het dan wel. Na een uurtje of wat in de felle zon te hebben gestaan besluit ik te verhuizen naar een plek onder een eenzame boom. Hier kan ik in ieder geval in de schaduw staan. Het luchtruim blijf leeg, geen roofvogel laat zich nog zien. Ik bel wat mensen, sms een beetje en ondertussen blijf ik de hei in de gaten houden. Plotseling zie ik laag over de hei een grote roofvogel vliegen. Ik blijf de vogel volgen die laag en strak weg vliegt. Is dit 'm nu? De luchttrillingen doen hun genadeloze werk en ik kan van deze vogel niets maken. Net zo plotseling als de vogel in beeld verscheen is ie ook weer verdwenen.

Een klein uur later scan ik nog steeds met enige regelmaat de lucht en de hei af. En dan ineens... tadaaa... vliegt er samen met een Buizerd een heuse Slangenarend (#280)!! Snel de scoop erop en ik schreeuw het uit van vreugde... 'Slangenarend' roep ik tegen niemand in het bijzonder en dan hoor ik ineens iets achter me. 'Is er hier nog iets leuk te zien?' hoor ik iemand zeggen. Ik schrik me het apezuur en kijk verschrikt om. Twee grijze en behoorlijk verhitte pensionados staren me schaapachtig aan. Ik kijk ze aan en slaak een diepe zucht... Murphy's Law is onverbiddelijk. Hoe kan het ook anders... ik sta uren te wachten, heb nog geen mens gezien of gesproken en op het moment dat ik de Vogel van de Dag zie heb ik dit. Ik mompel wat, pak mijn scoop en probeer de vogel terug te vinden. Die vliegt nog mooi zijn (of haar) rondjes en gaat dan staan bidden. De twee wandelaars achter me laat ik voor wat ze zijn. Echt blij worden ze hier niet van en dat laten ze subtiel merken als ze langs me lopen. Ik kijk ze nog even aan en als blikken konden doden... nou dan wist ik niet hoe het met me was afgelopen daar op die hei. Ik zucht nog een keer en probeer van de vogel te genieten. 'Sorry hoor' denk ik, 'ik heb even iets belangrijkers te doen dan praten over vogeltjes, vlinders en hoe mooi de hei wel niet is... mijn excuses!'

De vogel doet ondertussen zijn ding en vliegt en bidt. Ik slaag erin een filmpje te maken (zal proberen dat op dit blog te zetten) en bel en sms ondertussen wat mensen. Na een waanzinnige steile en snelle duik ploft de vogel de hei in en is uit beeld. Ik piep de vogel en tijdens het inspreken van de lijn zie ik de vogel weer vliegen. Missie geslaagd en ik besluit de warme hei te verlaten. Ik lunch in de schaduw van een paar bomen en laat de auto afkoelen. Daarna, terwijl Alice Russell mijn oren streelt, rij ik met een grote glimlach terug naar het pittoreske Almere.

Zondag 10 juni; Fish werd Chips

Na de geslaagde 'Woudapen-actie' besloten er maar eens lafjes tegen aan te gaan hangen. Ik slaap uit tot een uur of negen en doe het daarna rustig aan. Natuurlijk kan ik nog wel een paar makkelijke jaarsoorten gaan opzoeken maar die hebben geen haast. Heb ik nog tijd genoeg voor.

Om een uur of drie-vier begint het toch wel te kriebelen. Misschien is het een leuk idee naar Hoek van Holland te rijden, daar een visje te gaan eten en dan tegelijkertijd de Huiskraai op de jaarlijst te zetten. Na enig dubben besluit ik te gaan en zo zit ik even later op de Grote Baan richting Hoek van Holland. Dan gaat de telefoon, mijn goede vriend Martijn Bot: 'Peter, ik heb een Slangenarend gevonden op het Fochteloërveen! Kom maar snel'. Zucht... ik ben ondertussen al bijna in Delft, moet dus omdraaien, terug naar Almere en dan naar het noorden. Het is zondag dus veel zondagsrijders en misschien wel files. Niet het meest leuke vooruitzicht wat je je kan voorstellen. Maar een Slangenarend moet ik wel doen, daar kan ik geen dag mee wachten... meestal blijven ze wel een tijdje hangen in het Fochteloërveen maar je weet het maar nooit. Ik draai de auto in de buurt van Delft en begin aan de tocht naar het Veen.

Ondertussen bel ik Hans ter Haar. Die is in de omgeving van het Fochteloërveen naar vlinders aan het kijken. Hans komt net van het veen en gaat direct Martijn bellen. Ik rij verder en bel Martijn nog een paar keer. De vogel vliegt nog steeds boven het veen en is continue te zien. Na een tijdje belt Martijn me, de vogel zit boven in een dode boom en is mooi te zien. Ik gooi een extra blokje hout op het vuur en rij ondertussen al in de buurt van Drachten. Na een zenuwslopende rit over de tweebaansweg richting Hogeveen parkeer ik mijn auto aan het begin (of einde...) van het fietspad dat door het veen loopt. Als ik uit de auto stap kom ik Hans tegen. 'Veel succes', roept hij terwijl ik als een snelwandelaar het fietspad begin af te lopen. Ik bel Martijn die ergens in het midden van de hei staat. 'Vogel is niet meer te zien... dook naar beneden uit de dode boom. Zal er vast nog wel zitten'. Klote, dit zal toch niet waar zijn...

Eindelijk kom ik bij Martijn aan die vrolijk ergens midden op de eenzame heide op mij staat te wachten. Ik feliciteer hem en vraag of hij de vogel nog gezien heeft. Dit blijkt niet het geval te zijn, de vogel is uit beeld en het enige wat hij aan mij kan tonen is de dode boom die wel heel erg kaal en leeg blijkt te zijn. Martijn heeft honger, dorst en heeft het ondertussen wel gehad. Hij staat dan ook al enige uren op de hei en besluit naar Groningen af te reizen.

Ik kijk nog even naar de dode boom en maak een plan. Het is ondertussen al bijna half negen. De vogel zit er nog steeds dus als ik nu eens morgenvroeg op de hei ga staan. Ergens in de loop van de ochtend zal de vogel wel gaan vliegen en dan kop ik 'm heel simpel in. Ik loop terug naar de auto en rij richting Appelscha. Ondertussen heb ik ook wel aardig honger en ik besluit vet te gaan halen. Bij de frietzaak die tegelijkertijd een cafe is blijkt het een vrolijke boel te zijn. Aardige mannen en vlotte vrouwen in hippe kleren drinken bier en kletsen elkaar de oren van de kop. Ook de muziek is vrolijk, de ene na de andere Hollandse Hit klinkt door het cafe. Ik besluit op het terras te gaan zitten en eet daar mijn frietje met kroket. Wat begon met een visje in Hoek van Holland eindigde met een frietje in Appelscha !

zondag 10 juni 2007

Zaterdag 9 juni; Vier maal is scheepsrecht.

Afgelopen vrijdag zou het dan moeten gebeuren, ik schreef het al in mijn vorige blog. Een warme en broeierige dag en een dito avond, subliem voor Woudaapjes. 's Avonds eerst in Tienhoven naar de kerk gegaan. Achter dit kleine kerkje heb je een mooi uitzicht over een plas met pompebladen. Iets meer dan een week geleden zijn hier nog twee Woudapen gezien. Terwijl ik de randen en de rietvegetatie van de plas afscoop begint het in het oosten te rommelen. Een zware onweersbui komt langzaam mijn kant op. Toen de bui nog maar een kilometer van me af was werd het tijd naar de auto te gaan. De bui was echt enorm, de regen kwam met bakken uit de hemel en het leek wel onafgebroken te donderen. Tijdens de bui naar de bekende 'Woudapen-plek' gereden en hier gewacht tot de bui voorbij was gedreven.

Toen het droog werd was het een stuk frisser. Vogels zongen plotseling overal en dit mengde bijzonder fraai met het doffe rommelen van de wegtrekkende onweersbui. Om over het riet te kunnen kijken kreeg ik het snode plan boven op de auto te klimmen. Het uitzicht is dan ineens stukken beter, je ziet plassen en kan rietkragen goed afkijken. Maar helaas, geen Woudaap te zien. Nog drie vogelaars kwamen hun geluk beproeven. En wat denk je... geen enkele Woudaap te horen...

Al vrij snel vertrokken de andere vogelaars en ik bleef eenzaam en bijzonder alleen achter. Na een kwartier in mijn eentje was ik het zat en had ik het wel gehad. 'Volgens mij zitten er dit jaar geen roepende Woudapen in Tienhoven' sms-te ik naar een goede vriend. Hierna reed ik naar huis reed en dook moe maar zeker niet voldaan mijn bed in.

Dan maar plan B bedacht ik me zaterdagmorgen. Van een goede kennis wist ik dat ergens op een min of meer 'geheime lokatie' in de buurt van Arnhem Woudapen zitten. En ik wist ook dat die de afgelopen week nog twee keer gehoord waren. Dus hier zou ik mijn kaarten op inzetten.

En zo bevond ik me gisteravond om een uur of negen op de geheime lokatie. Ik kan en mag niet te veel verklappen maar het is daar landschappelijk wel bijzonder fraai. Overal Zwarte Sterns en er zat zelfs een Grote Karekiet te zingen. De zon ging als een grote rode bal onder en het licht ging langzaam uit. Het werd tien uur... niks. Het werd kwart over tien, half elf... nog steeds niks. En toen... om vijf over half elf klonk aan de overkant van het water, uit het riet het onmiskenbare geluid van de Woudaap !! De vogel riep 10 minuten lang onafgebroken en was uitstekend te horen. Daarna hield de vogel zijn snavel. De wereld draaide gewoon door, alsof niets van enig belang gebeurd was maar van binnen stond mijn wereld even op z'n kop... eindelijk Woudaap op mijn jaarlijst... eindelijk gelukt!

Binnen een uur ben ik weer thuis, ik pak een biertje en terwijl St. Germain uit de speakers klinkt drink ik het langzaam op. In mijn notitieboekje schrijf ik met grote letters 'Woudaap #279' en hierna rol ik moe en dit keer meer dan voldaan mijn bed in.

donderdag 7 juni 2007

Woensdag 6 juni; Oorverdovende stilte

Afgelopen zaterdagavond/nacht had ik al een aantal uren op de bekende plek in Tienhoven staan ‘luisteren’ naar een Woudaap die zich niet liet horen. Het leek mij wel een slim plan gisteravond opnieuw een poging te wagen. Ik heb nog wel een goede back-up plek voor dit reigertje maar Tienhoven ligt vanuit Almere gezien bijna om de hoek.

Aangekomen in Tienhoven viel het me een beetje tegen. Voor mijn gevoel waren de omstandigheden voor luid roepende Woudaapjes niet optimaal; het waaide en het was nu niet bepaald een warme avond. Maar niet geschoten is altijd mis en de koffie smaakte niet verkeerd. Na een klein kwartiertje kwam Pim uit Almere aanrijden. Ook hij wilde zijn geluk proberen en een nieuwe soort aan zijn Nederlandse lijst toevoegen. Samen op een bankje kletsten we over – hoe kan het anders – vogels en hoe alles daar mee samenhangt. Purperreigers en Zwarte Sterns vlogen regelmatig voor ons langs terwijl de tijd langzaam verstreek.

Het was net een klein beetje begonnen te schemeren toen Wil Schep aan kwam rijden en tussen ons in op het bankje ging zitten. Nog meer vogelverhalen en een goede tip over hoe en waar ik de broodnodige Kwak aan mijn lijst zou kunnen toevoegen. Als de Woudaap niet zou gaan roepen dan leverde deze avond in ieder geval wel deze bruikbare tip op!

Het werd later en later en donkerder en donkerder. Het moeras om ons heen vervaagde en werd zwart. Kikkers kwaakten en een Bosrietzanger zong in de verte. Voor de rest niets dan stilte, een oorverdovende stilte. Geen Woudaap deze avond. Was het te vroeg in het seizoen? Te koud? Te veel wind?? Wie het weet mag het me vertellen. Op het moment dat de woensdag soepel overging in de donderdag besloten we de pijp aan Maarten te geven en naar huis te gaan. Met Massive Attack en Moby reed ik door de nacht terug naar het wonderschone Almere. Volgens de weerprofeten gaat het vrijdag een warme & broeierige dag worden, dan maar een nieuwe poging wagen.

woensdag 6 juni 2007

Dinsdag 5 juni; Hoe het verder ging

Het is vandaag vijf juni en het totale aantal vogelsoorten in Nederland door mij dit jaar gezien is 278 (gisteren Grote Frapo, Lauwersmeer). Is dit veel? Eigenlijk heb ik geen idee. Het voelt wel als heel erg veel. Ik kan onmogelijk in 1 bericht een compleet overzicht geven van hoe, waar & wanneer ik al die soorten heb gezien en daarom zal ik proberen de hoogtepunten samen te vatten.

Misschien moet ik eerst opschrijven wat ik heb gemist. Voor onderzoek aan Kleine Zwanen zat ik twee weken in Estland. Hierdoor miste ik Dunbekmeeuw, Ringsnaveleend en Waterspreeuw. Voor de laatste twee kwam ik 1 dag te laat terug. Op zaterdag was ik weer in Nederland en de volgende dag waren de vogels letterlijk gevlogen. Verder mis ik de eerder genoemde Grote Tafeleend en vogels die maar 1 avond werden gezien en niet twitchbaar waren (Griel) of op trektelposten (o.a. Roodstuitzwaluw, Lachstern en Duinpieper) overvlogen. Voor de rest ben ik overal heen gegaan en heb - met wat geduld en geluk - alles gezien.

Wat voorbeelden? Op zondag 22 mei zag en hoorde ik de Iberische Tjiftjaf bij Diemen. De dag daarna aan het einde van de middag na mijn werk naar Zeeuws-Vlaanderen getogen en daar de Franklins Meeuw gezien. Op dinsdag na mijn werk naar de Eemshaven gereden voor de Roodkopklauwier (en als goede bonus 3-5 Draaihalzen meegenomen). Op woensdag de Hop van Uddel gezien (luttele minuten voordat het voetbalveld waarop de vogel fourageerde bestormd werd door jonge voetballertjes en de Hop voor altijd uit het zicht verdween) en op donderdag had ik 5 overvliegende Bijeneters op de Steile Bank (deze vogels waren eerder door Aart Vink gezien). Ik heb wel eens slechtere weken...

Het mooie van de maanden mei en juni is dat je na het werk nog het hele land door kan voor een nieuwe soort. Zo deed ik Kleine Vlieg, Ralreiger en Bronskopeend na het werk.

Mijn langste autorit maakte ik afgelopen zondag. Eerst naar de Grauwe Fitis van Westkapelle en daarna via Belgie naar de Orpheusspotvogel van Maastricht. Na een afschuwelijke file (de A2 was dicht vanwege werkzaamheden) reed ik Almere weer binnen met 700 km op de dagteller.

Zijn er nog 'eenvoudige soorten' die op mijn lijst missen? Best wel veel eigenlijk. Wat te denken van Kerkuil, Dwergstern, Strandplevier, Huiskraai en Kuifduiker. Daarnaast heb ik nog geen enkele zeevogel (behalve Zwarte Zee-eend en Zwarte Zeekoet). Dus bijvoorbeeld geen Jan van Gent, geen jagers, Alk of Zeekoet. Hier is nog een aardige inhaalslag te verrichten.

Ik zal proberen jullie op de hoogte te houden hoe het allemaal gaat. Misschien lukt het me niet altijd actueel te zijn en de volgende dag al te berichten wat ik heb gezien (of juist niet heb gezien!) maar ik zal mijn best doen !!!

Dinsdag 5 juni; Hoe het begon

Tja, vreemd genoeg begon dit Big Year niet op de eerste maar op de 27e januari. Samen met Rob Versteeg maakte ik een mooi rondje door Nederland. Mongoolse Pieper, Blauwstaart, Pallas Boszanger, Dwerggors en Grote Burrie rolden we in no time op. Toen begon het een beetje te kriebelen, ‘Dit is toch wel een vliegende start, zoveel goede soorten die ik nu al in binnen heb’. Ik speelde al jaren met de gedachte eens een jaar lang echt fanatiek te gaan jaarlijsten en misschien is dit een goed jaar het eens te proberen... ’s Avonds op de bank het besluit genomen... ik ga er voor. Gewoon voor de lol proberen alles te twitchen wat er te twitchen valt en dan kijken hoeveel soorten je kan zien in 2007. Ik woon centraal in het land, heb veel mogelijkheden op pad te gaan en het geld is ook niet echt een probleem. Dus waarom zou ik er niet voor gaan?

In de eerste twee-drie weken een paar dingen laten lopen, de Grote Tafeleend niet opgezocht en geen zin in een rit naar Zeeland voor Kleine Alk en een bezoek aan de Brouwersdam. Hierna er echt voor gegaan.